Granulometrie van varkensvoeders
Hoe beïnvloedt de deeltjesgrootte van het voer de prestaties en darmgezondheid van varkens?
Om hierop een antwoord te kunnen formuleren, dienen we eerst te kijken naar de opbouw van de maag van een varken. De maag van varkens is opgebouwd uit 4 verschillende delen (cardia, fundus, corpus en pylorus) die elk een eigen zuurtegraad hebben. In het onderste deel van de maag heerst een lage pH, terwijl in het bovenste deel een hogere pH heerst.
Indien we een heel fijn voeder verstrekken aan de varkens, zal dit zich verspreiden over de volledige maag aangezien dit samen met o.a. speeksel en maagzuur een vloeibare inhoud zal vormen. Het maagzuur zorgt ervoor dat deze inhoud een lage pH zal hebben. Dit kan het gedeelte van de maag dat zich rond de slokdarmopenening bevindt (cardia), beschadigen aangezien hier het maagslijmvlies niet aangepast is aan zo’n lage pH. Hierdoor kunnen maagzweren ontstaan wat negatieve effecten zal hebben op de maag- en diergezondheid. Een positief gevolg van het voederen van een fijn voeder is dat dit aanleiding geeft tot een hogere verteerbaarheid van de nutriënten. Fijn voeder heeft immers meer contactoppervlakken waarop de verteringsenzymen kunnen inwerken, wat resulteert in een makkelijkere vertering en een positief effect op de dierprestaties. Hierbij moeten we wel in rekening brengen dat fijne inhoud sneller zal passeren door het maagdarmkanaal.
Indien we groffer voeder verstrekken aan de varkens, zal er in de maag geen vloeibare inhoud ontstaan, maar krijgen we een stevigere massa. Dit heeft als gevolg dat de pH in de volledige maag niet zal dalen, maar dat er een soort pH-gradiënt zal ontstaan, waarbij de pH van de verschillende compartimenten niet in het gedrang wordt gebracht. Hierdoor is er bij het voederen van groffere voeders minder kans op aantasting van het maagslijmvlies waardoor er een betere maag-en darmgezondheid heerst. Een minder interessant gevolg van groffere voeders, is dat er hierbij minder contactoppervlakken zijn waarop de verteringsenzymen kunnen inwerken en de verteerbaarheid dus iets moeizamer zal verlopen dan bij fijnere voeders. We moeten er echter wel rekening mee houden dat groffere voeders een tragere passage zullen hebben door het maagdarmkanaal.
We kunnen dus besluiten dat zowel fijn als grof voer elk hun specifieke voor- en nadelen hebben. Het is dus de kunst om bij het voeren van varkens een ideale balans te vinden tussen beide. Maalderij Roosens staat je graag bij in jouw zoektocht naar het ideale varkensvoer.